Artrose wordt in de volksmond ook wel gewrichtsslijtage genoemd. Artrose is het verlies van de hoeveelheid kraakbeen. Dit gaat meestal gepaard met een  vermindering van de kwaliteit van gewrichtskraakbeen. Bij artrose vermindert ook de vloeistof (synovium) in het gewricht. Kraakbeen en synovium zorgen ervoor dat  gewrichten soepel  kunnen blijven bewegen. Kraakbeen helpt ook bij het opvangen van druk en schokken op het gewricht. Wanneer het kraakbeen beschadigd raakt, verminderen deze eigenschappen, waardoor klachten optreden. Door slijtage van gewrichtskraakbeen en een vermindering van de schokabsorberende eigenschappen kunnen botten over elkaar schuren, wat veel pijn veroorzaakt.

Artrose die door veroudering wordt veroorzaakt wordt ook wel  primaire artrose genoemd. Primaire artrose komt voornamelijk voor in de gewichtdragende gewrichten zoals de heupen, knieen, lage rug en lage nek en daarnaast vaak in de gewrichten van de handen en schouders. Artrose die ontstaat na een ongeluk of door bijvoorbeeld aangeboren scheefstand valt in de groep secundaire artrose.

Inactiviteit van het aangedane gewricht resulteert in meer stijfheid en meer pijn, bovendien kan atrofie (vermindering van spierweefsel/massa) van de betrokken spiergroepen ontstaan. Het wordt aangeraden in beweging te blijven en dan vooral fysieke activiteiten met een lage explosiviteit en dus een lage piekbelasting van het aangedane gewricht. Bijvoorbeeld wandelen, fietsen, zwemmen, aquagym bij bijvoorbeeld artrose van een heup of knie.

Het proces van atrose bestaat uit verschillende fases:

Instabiliteits fase
In de eerste fase van slijtage treedt een afname van kraakbeen op. Hierdoor veranderen niet alleen de bewegingspatronen van een gewricht, tevens komt er vaak meer speling op het gewricht en de spieren en kapsels daar omheen. Deze fase is daarom ook wel de instabiele fase genoemde. Een veel voorkomend symptoom van mensen in deze fase is het hebben van felle pijnscheuten, bijvoorbeeld bij ongecontroleerde bewegingen. Ook episodes van kortdurende hevige rugpijn, zoals spit of lumbago kunnen en gevolg zijn van de gevolgen van deze eerste fase van slijtage

Stabiliteits fase
Als reactie op de toegenomen bewegelijkheid/instabiliteit van het gewricht probeert het lichaam de bewegelijkheid van de aangedane gewrichten zoveel mogelijk te beperken. Er ontstaan botwoekeringen (osteofyten genoemd) en de gewrichtskapsels en banden worden stugger, de spierenspanning neemt toe. Het lichaam gaat nu over in de stabiele fase.  Het gevolg: stijfheid, zeurende pijn en problemen met starten van bewegingen. Na lang liggen, zitten of gebukt werken moet men bij het opstaan op gang komen, voordat de stijheid en pijn enigszins afzakken met lopen (startproblemen).

Slijtage in de wervelkolom (rug en nek)
In de wervelkolom zijn naast de gewrichten ook de tussenwervelschijven aan slijtage onderhevig, dit wordt degeneratie genoemd. Deze tussenwervelschijfslijtage leidt tot een vermindering van de hoogte van de tussen tussenwervelsschijf. Dit is waarom mensen korter worden als men ouder wordt.  De afname van tussenwervelschijfhoogte leidt vervolgens ook tot een vermindering van de mobiliteit van de wervelkolom. De gewrichtjes komen hierdoor dichter op elkaar te staan met als gevolg, eerder irritatie,  wederom stijfheid en gewrichtspijn.

Indien de ruimtes tussen de wervels en gewrichten van de wervelkolom  te klein worden, mogelijk in combinatie met  grote botwoekeringen (osteofyten), is het mogelijk dat er zenuwen bekneld raken. Naast de pijn en stijfheid ontstaan er in dit geval  tintelingen of doofheid. Dit kan  lokaal op de rug of nek zijn maar mogelijk ook uitstralen naar de armen of benen.

Chiropractie en atrose
Als gevolg van de pijnklachten en stijfheid neemt de spierspanning in de aangedane regio toe. Het normale bewegingspatroon is nu verstoord.  Spieren die ook buiten het aangedane gebied aanhechten zullen ook hier de beweging gaan beperken. Deze beperkingen vergroten de stress/druk op de slijtagen regio. Het analyseren en oplossen van deze aangrenzende beweginsbeperkingen geeft de mogelijkheid om de  bewegingsvrijheid weer te doen toenemen zodat de bewegingsbeperking  uit de atroseregio beter kan worden opgevangen ……. resultaat vrijer bewegen, minder spierspanning, minder pijn.

Uw chiropractor helpt u graag bij uw slijtage klachten. Uiteraard is het niet mogelijk de reeds ontstane artrose weg te nemen. Door middel van chiropractische technieken, oefeningen en adviezen zal de chiropractor proberen om de bewegingen van de gewrichten zo soepel mogelijk  te houden en de voorwaarden voor herstel te optimaliseren. Hierdoor nemen spier- en gewrichtsklachten vaak  af. Het devies “leer er maar mee leven” is dus gelukkig niet altijd op z’n plaats.